Wat is zero-spel bij roulette?
Het ‘zero-spel’ is een bepaalde combinatie van inzetten bij roulette, waarbij je zeven nummers rondom de 0 afdekt.
Spelers die vaak roulette spelen, ontwikkelen na verloop van tijd vaak een voorkeur van inzetten. Ze spelen vaak min of meer een vaste serie roulettegetallen – dat hoeft uiteraard niet, maar het komt veel voor. Het heeft zo zijn voordelen: je hoeft bijvoorbeeld niet elke keer te bedenken op welke getallen je nu weer eens gaat spelen.
Roulette kent een aantal ‘vaste’ inzetmogelijkheden. 'Vast’ in de zin dat deze inzetmogelijkheden door veel spelers worden gebruikt. Een veel voorkomende inzet is het zogenaamde ‘zero-spel’, ook wel 'Jeu 0' genoemd.
Doe je deze inzet, dan zet je in op zeven nummers die rond de groene ‘nul’ liggen op de rouletteschijf – snap je ook meteen waar de naam zero-spel vandaan komt…
De getallen waarop je inzet als je zero-spel speelt zijn: de 0 (joh!), 3, 12, 15, 26, 32 en 35. Een dure aangelegenheid zeg je? Valt mee, je zet namelijk maar vier fiches in. Een op 0/3, een op 12/15, een op de 26 en een op 32/35.
Valt de 26, dan win je 35 keer je inzet. Valt 0, 3, 12, 15, 32 of 35, dan is 17 keer je inzet voor jou. Zet je zero-spel in, dan win je gemiddeld ongeveer één keer per vijf draaien.
Waarom deze combinatie zo populair is? Je kan terwijl het balletje draait en in de schijf belandt, heel goed zien of het in de buurt van de zero terechtkomt. Of zoals veel spelers zeggen: ‘je kan hem erin kijken’.
Op veel roulettetafels zie je een apart vakje op de burenprint waarmee je in één keer het hele zero-spel inzet. Handig!
Andere inzetcombinaties bij roulette zijn onder meer kleine serie, grote serie en orphelins.
Sommige spelers gebruiken een roulette-strategie die gebaseerd is op hoe vaak het zero-spel gevallen is. Dat kan leuk en spannend zijn, maar onthoud: het huisvoordeel bij roulette blijft altijd even groot, op welke manier je ook inzet.